Voor de correctionele rechtbank zal door de Procureur des Konings een geldboete en/of gevangenisstraf worden gevorderd. De omvang van de gevorderde strafrechtelijke geldboetes varieert naar gelang het type misdrijf. Voor stedenbouwkundige misdrijven bedraagt het minimumbedrag voor professionelen 2000EURO en het maximumbedrag 400.000 EURO te vermenigvuldigen met de opdeciemen [1]. Voor milieumisdrijven kan dit oplopen tot 500.000 EURO te vermenigvuldigen met de opdeciemen.
In het kader van een correctionele procedure kan tevens worden overgaan tot het verbeurdverklaren van de vermogensvoordelen die voortvloeien uit het geviseerde misdrijf (bijvoorbeeld het terugvorderen van de inkomsten die werden bekomen door de verhuur van illegale wooneenheden, of het uitbaten van een niet vergunde ingedeelde inrichting, …).
De correctionele procedure wordt opgestart middels dagvaarding. Naargelang het type misdrijf kan de overheid eveneens tussenkomen ten einde herstel te vorderen. Zo kan de burgemeester of stedenbouwkundig inspecteur in geval van stedenbouwkundige misdrijven een herstelmaatregel formuleren, bijvoorbeeld het herstel in de oorspronkelijke toestand. Ook bestaat de mogelijkheid voor een benadeelde partij (bijvoorbeeld buurman) om tussen te komen ten einde een vergoeding te vorderen voor de schade die werd geleden ten gevolge van een milieu- of stedenbouwkundig misdrijf (bijvoorbeeld vergoeding voor de hinder ten gevolge van het niet exploiteren volgens de openingsuren, of het exploiteren zonder vergunning, …).
De correctionele rechtbank zal na het schriftelijk standpunt van de verschillende partijen te hebben ontvangen en na het aanhoren van de pleidooien overgaan tot het in beraadnemen van het dossier. In principe volgt er een uitspraak (vonnis genaamd) één maand na de behandeling van het dossier. In sommige gevallen kan de uitspraak langer op zich laten wachten.
De betrokken partijen beschikken over de mogelijkheid om tegen het vonnis van de correctionele rechtbank beroep aan te tekenen bij het territoriaal bevoegde Hof van Beroep [2]. Hiervoor is tevens voorzien in een beroepstermijn van dertig dagen. Het Hof van Beroep zal vervolgens het dossier zoals dit aanhangig werd gemaakt opnieuw beoordelen. In principe volgt ook hier een uitspraak (arrest genaamd) één maand na de behandeling van het dossier. In sommige gevallen kan de uitspraak langer op zich laten wachten.
[1] Op 1 december 2021 bedroeg deze factor 8. Dit impliceert dat een strafrechtelijke geldboete van 2.000 EURO na toepassing van de opdeciemen een reële boete van 16.000 EURO vertegenwoordigd.
[2] België kent vijf gerechtelijke gebieden, mn. Antwerpen, Bergen, Brussel, Gent en Luik.